Gij kunt niet God dienen en de mammon (Lucas 16, 1-13) 
In het Evangelie van de 25e zondag door het jaar spreekt Jezus over de betrouwbaarheid. De rentmeester die aangesteld is wordt ontslagen maar om zich van een toekomst te voorzien past hij de vorderingen op de knechten aan om zo zelf in weelde te kunnen leven. Maar wat hebben we aan het wereldse als we niet vol vertrouwen naar God kunnen opzien. God die ons talenten heeft gegeven om het goede er mee te doen, dienstbaar naar de medemens en daarmee naar God. Zelfverrijking past niet bij de liefde van God. De mammon is een afgod en staat voor rijkdom en materiële weelde. Jezus zegt dus dat je dat niet kunt nastreven en tegelijker tijd God dienen. Wie betrouwbaar is in het kleinste is ook betrouwbaar in het grote; en wie onrechtvaardig is in het kleinste is ook onrechtvaardig in het grote. Wij mogen zelf kiezen hoe we willen leven en waarin we betrouwbaar willen zijn. Als je verder wilt komen in dit leven heb je niets aan een grote zak met geld maar wel aan de onvoorwaardelijke liefde van God en de medemens.