Wie is “uw naaste”?

Het Evangelie van zondag 13 juli (Lucas 10,25-37) gaat over de naastenliefde. Jezus vertelt zijn gehoor een parabel, die over de barmhartige Samaritaan. Nu moet men weten dat Joden en Samaritanen in die tijd elkaar allesbehalve mochten. Het zal de Joden ongetwijfeld geprikkeld hebben dat Jezus hier een “vreemde” tot voorbeeld stelt. Ja, kan de persoon met wie jij je niet verstaat toch je naaste zijn? De naaste is in Jezus ogen evenwel niet zozeer diegene die jou nabij is (omdat je hem of haar mag), maar veeleer diegene die jij toelaat in je hart en zo nabij laat zijn, onverlet zijn mogelijke eigenaardigheden, dan wel ondeugden. Ware naastenliefde kijkt altijd voorbij iemands plussen en minnen. Feitelijk zegt de naastenliefde “ja”, ook dan wanneer die ander misschien allesbehalve beminnenswaardig is. Naastenliefde hangt in feite niet af van de kwaliteiten van de ander, maar heeft enkel met jou te maken. Ja, de naaste wordt het pas als jij de ander echt als naaste aanneemt. Het staat los van verwantschap, dan wel vriendschap. Naastenliefde veronderstelt dat jij de ander onvoorwaardelijk aanvaardt en in hem of haar Christus kunt zien. Naastenliefde omvat als zodanig altijd meer dan enkel die ene persoon. Ware liefde ziet altijd verder.

                                                                                                                                      Pastoor C. Müller