Bekering
De Advent is een tijd om ons te bezinnen met het oog op Kerstmis, het feest van de Menswording van Gods Zoon. In het Evangelie van de 2e zondag van de Advent ontmoeten we Johannes de Doper. Hij is de bode die verwijst naar Hem die komen gaat. Hij is ook diegene die Jezus doopt in de Jordaan. Met de doop begint Jezus openbaar leven. Johannes roept zijn tijdgenoten op om zich te bekeren. Zo preekte hij in die dagen een doopsel van bekering.
Het begrip “bekering” veronderstelt weten waar je staat, maar ook dat je nadenkt over de oriëntering in je leven. Ja, wat streef je na? En op wie ben je gericht? God verlangt van ons dat we verder kijken dan ons eigen leven, uitzien naar Hem die is het “Licht der wereld”. God wil dat wij ons leven afstemmen op Hem, en Zijn plan met ons leven waarmaken.
Als zodanig is ons/mijn leven steeds “een project in uitvoering”, vergelijkbaar ook met een huwelijk. Een echtpaar geeft het gaandeweg vorm en inhoud. Als het goed is leidt dit tot meer liefde, meer eenheid. Iets dergelijks vraagt God ook van ons, dat we meer en meer één worden met Hem. Daartoe is telkens bekering nodig, door je innerlijke navigatie (geweten) te volgen. God is daarbij Diegene die onze weg kent. Aan Hem mogen we ons toevertrouwen.
Pastoor C. Müller